In Ieorg Idur, het kinderboek van Roald Dahl, lijkt het alsof schildpad Rudi elke dag met de toverspreuk Ieorg Idur een beetje groter wordt.
Niet omdat Rudi nou zo hard zijn best doet, maar omdat meneer Hoppe stiekem steeds een iets grotere schildpad onder het balkon schuift.
Een slimme truc.
Soms denk ik dat we in sportverenigingen hetzelfde doen.
We zetten iemand voor een groep.
We hopen dat het goedkomt.
En als het niet lukt? Dan wisselen we gewoon van trainer en met de toverspreuk Reni Art Ieorg hopen we dat deze ook “groter” is dan de vorige.
Net als mevrouw Silver kijken we vol vertrouwen toe en denken we dat groei vanzelf gaat.
Maar echte groei vraagt iets anders: tijd, aandacht en voeding.
Een schildpad groeit niet door hem in te wisselen maar door hem dagelijks te verzorgen. Bij trainers is dat precies hetzelfde.
Wie trainers wil laten groeien, moet ze blijven voeden met kennis, vertrouwen en begeleiding.
Uit onderzoek blijkt dat trainers vaak stoppen omdat ze zich niet gezien voelen. Omdat niemand vraagt hoe het gaat, geen intervisie is of omdat niemand samen met hen kijkt naar hun ontwikkeling. Waardering zit niet alleen in een kaart met kerst of een BBQ aan het eind van het seizoen. Waardering zit in serieus genomen worden in je groei.
Echte ontwikkeling begint niet bij wisselen, maar bij investeren in wie er al staat.
Trainer begeleiding dus.
Iemand die vraagt:
- Waar sta je?
- Wie ben je als trainer?
- Wat gaat er goed?
- Wat kan er beter?
- Waar wil je jezelf in ontwikkelen?
Trainerbegeleiding is misschien wel de meest waardevolle investering die je als vereniging kunt doen. En dat is meer dan een trainerscursus of een clinic aanbieden. Echte begeleiding is maatwerk. Persoonlijk. Gericht op wie de trainer is, waar hij staat en waar hij naartoe wil.