Het LTAD-model – Long-Term Athlete Development – beschrijft hoe sporters zich over de jaren heen ontwikkelen. Niet in termen van wedstrijden of prestaties, maar in fases van groei, rijping en leervermogen. Het idee: train wat past bij de fase waarin iemand zit, niet wat past bij het programma van de trainer of het competitieformat.
Het model begint met Active Start – spelen, bewegen, plezier maken – gevolgd door FUNdamentals, waarin kinderen allerlei basisvaardigheden leren zoals rennen, springen, gooien en vangen. Daarna volgt Learn to Train, de fase waarin kinderen leren trainen en steeds meer sport-specifiek gaan bewegen.
Vanaf daar begint de splitsing: sommige sporters blijven trainen voor het plezier, de gezondheid en het sociale contact – zij stromen door naar Active for Life. Anderen kiezen bewust voor de prestatiegerichte route en gaan verder naar Train to Train (techniek verfijnen, beter worden), Train to Compete (presteren in wedstrijden) en uiteindelijk Train to Win (alles in dienst van topsport). Dat is het puntje van de piramide. Olympisch, professioneel, fulltime. De top van de top.
De fase Active for Life is bedoeld voor iedereen die niet (meer) op weg is naar de top, maar wél wil blijven sporten.
En laten we eerlijk zijn: dat geldt voor bijna iedereen.
Want kijk eens om je heen. De meeste sporters trainen twee, hooguit drie keer per week. Een wedstrijd in het weekend. Soms zit je in een eerste team of een talentengroep, maar je betaalt gewoon contributie, koopt je eigen schoenen en wast je eigen sokken.
Dat ís geen topsport.
Dat is sport.
En dat is helemaal goed.
Toch doen we vaak alsof we bezig zijn met topsport.
We nemen beslissingen waarvan we vinden dat ze daarbij horen: we maken selecties, zetten spelers op de bank, willen voor het kampioenschap gaan, enzovoort.
Het vocabulaire van de topsport – in een context die daar eigenlijk helemaal niet bij past.
Maar misschien moeten we dat eens omdraaien.
Misschien is Active for Life geen uitweg, maar de hoofdweg.
De plek waar sport begint en vaak ook blijft. Waar je traint om fit te blijven, beter te worden, samen te zijn, of gewoon omdat je het lekker vindt om te smashen, te scoren of te zweten.
En ja, je betaalt ervoor.
Je traint hard.
Je doet mee.
Je hoort erbij.
Je sport. Niet om te winnen. Maar om te blijven doen.
Active for Life.